Schepen van integratie toont zich niet als rolmodel voor integratie

Nederlands is een noodzaak voor een goede integratie.

Tijdens een vreedzame protestmars begin maart eiste de schepen van integratie Serdar Celik een hoofdrol op. Naast een korte passage in het Nederlands sprak hij het toegestroomd publiek in het Turks aan. Fracieleider Herman Van Driessche: "De schepen gaat hier zijn boekje te buiten. Als uitvoerend mandataris heeft hij de plicht om de Zeelse toehoorders, allochtoon en autochtoon, aan te spreken in het Nederlands. Hij heeft tenslotte een openbare functie en zou dus altijd en overal het goede voorbeeld moeten geven". Op het gemeentehuis houdt de schepen bovendien zijn spreekuren vooral in het Turks, ook dat komt de integratie natuurlijk niet ten goede.

Uitgerekend vorige maand had er een commissievergadering plaats waarin alle aanwezige(!) partijen het roerend eens waren over het feit dat we trots zijn op onze taal en dat Zele een Vlaamse gemeente is waar volgens de taalwetgeving Nederlands moet gesproken worden. De schepen van integratie blonk toen uit door afwezigheid. "De schepen moet de Turks-Zeelse gemeenschap er voor hoeden dat ze slachtoffer wordt van zelfbeklag en isolatie," vervolgt Van Driessche, "kennis van het Nederlands verhoogt ieders kansen tot ontpooiing en sterkt ons in de strijd tegen racisme en discriminatie."

Bestaat groen-rood kartel nog?

In zijn toespraak uitte de schepen vooral kritiek op PKK, maar ook op het Westen, de US en België/Vlaanderen. Erdogan bleef opvallend gespaard. Dit gaat loodrecht in tegen de expliciete positie de kartelpartner Groen heeft ingenomen. Een lid van Groen volgde een stage bij oppositiemedium ZAMAN op het moment dat daar stevige censuur werd opgelegd. Ook hier verwachten wij duidelijke taal van schepen Celik.